maart 2025

Interview textiel coördinatoren

In meerdere provincies wordt momenteel hard gewerkt aan de realisatie van de wandkleden die het verhaal vertellen van het slavernijverleden. Onmisbaar in deze processen is het werk van de textiel coördinatoren. Zij vormen de schakel tussen de kunstenaars en hun ontwerp enerzijds en het wandkleed en degenen die het uitvoeren aan de andere kant. Maak kennis met vier vrouwen die hun handen vol hebben aan het in goede banen leiden van het maakwerk.

Een belangrijke schakel
Het is een hele klus om van ontwerp naar een echt wandkleed te komen. Wat de kunstenaar voor ogen heeft moet vertaald worden naar een realiseerbaar geheel dat uitvoerbaar is door de vele deelnemers die zich aanmelden om te helpen met het handwerk. Het zijn de provinciale textiel coördinatoren die hierin een cruciale rol spelen.

Adrie Jongsma

Adrie Jongsma, die het proces in Overijssel begeleidt, omschrijft haar rol krachtig als ze zegt dat ze de schakel vormt tussen de kunstenaar, het kleed en de makers. Ze noemt het werk veelomvattend. Samen met kunstenares Amber Malaïka Hyacinth (1998) heeft ze diverse leveranciers en het Textielmuseum bezocht op zoek naar de juiste stoffen. Ze hebben daarbij gezocht naar eerlijke stoffen die gecertificeerd zijn en bij voorkeur gemaakt door de Twentse textielindustrie. Samen overlegden ze over de te gebruiken technieken en ook over de volgorde van het maakproces. Ze werken goed samen met wederzijds respect waarbij soms compromissen gesloten moeten worden over de haalbaarheid. Nu het werk in volle gang is gaat ze regelmatig langs bij de maaklocaties om het proces in de gaten te houden. Er worden meerdere technieken gebruikt zoals quilten, tuften en punchen en borduren. Dat vraagt vooral in het begin heel wat uitlegwerk en ook gedurende de uitvoering zijn er steeds weer vragen. Als alles straks af is, zal het ophangwerk en de afwerking haar volle aandacht vragen. Uiteindelijk is zij, net als de andere coördinatoren, verantwoordelijk voor de eindkwaliteit van het wandkleed. Al met al is het een veelomvattende klus.

Appliceren in Zeeland
Ook in de provincie Zeeland zijn ze momenteel druk bezig met het maken van het wandkleed. Het is zowel qua ontwerp, afmetingen en techniek een buitenbeentje. Dat maakt het best een pittige klus voor Jolanda Noordwijk, die een achtergrond in quilten heeft.

Jolanda Noordwijk. Foto Isabel van der Vlugt

Ze is niet de eerste die zich in deze provincie aan deze klus als coördinator gewaagd heeft. Dat maakt het er niet makkelijker op, omdat ze moet voortborduren op eerder genomen beslissingen. Ze legt uit dat voor het Zeeuwse project voornamelijk gebruik wordt gemaakt van de appliceertechniek, wat een moeilijke techniek is. Het komt heel precies en is veel werk. Het kleed wordt dan ook niet staand op een frame gemaakt, maar liggend als een tafelkleed. Dat zorgt voor specifieke uitdagingen bij het ophangen van het wandkleed. Omdat het doek slap is, heeft het de neiging om niet strak aan het ophangsysteem te hangen, dus moeten er maatregelen genomen worden om er een echt wandkleed van te maken. Ook zit er weinig kleur in het ontwerp. Gelukkig heeft Jolanda veel ervaring als quiltster wat goed van pas komt bij alles wat er komt kijken bij het Zeeuwse wandkleed.

 

Zelf stoffen vilten
Caroline Grootenboer zit momenteel middenin de opstartfase van het wandkleed van Zuid-Holland. Waar in Overijssel en Zeeland al meters zijn gemaakt, is zij druk bezig om de maaklocaties klaar te maken voor het werk, te beginnen in Dordrecht.


Caroline Grootenboer, foto Myriam Robert

Omdat het ontwerp gebaseerd is op de glas-in-lood ramen van kerken, bestaat het uit allerlei vlakjes. Dat biedt unieke mogelijkheden om met meerdere technieken te werken – van vilten tot quilten en borduren. Uniek in Zuid-Holland is dat er zelf stoffen worden gemaakt door lontwol te vervilten met water en zeep. Caroline heeft er zelfs een speciale actie van gemaakt, de zogenaamde Vilt Along. Op 15 en 16 maart 2025 kunnen vrijwilligers in de Grote Kerk in Den Haag mee helpen om meters stof te maken, die later in het kleed worden verwerkt.

Verbondenheid
Doordat vrijwilligers de wandkleden maken, wordt nadruk gelegd op samenwerking en verbinding met elkaar en het verleden. Juist dat gegeven spreekt Baukje Rienks aan. Zij staat als coördinator in Gelderland helemaal aan het begin van het project.


Baukje Rienks

In haar eigen werk verbindt ze haar achtergrond als geograaf met haar werk als textielkunstenaar. Eerder deed ze in Amersfoort al een project met buurtbewoners om meer straatnamen naar vrouwen vernoemd te krijgen. In de provincie Utrecht deed ze al ervaring op als begeleider van een maaklocatie. Daar zag ze de betrokkenheid van de makers op het onderwerp. Gelijkwaardigheid is volgens haar heel belangrijk. Tussen vrijwilligers worden tijdens het werken verhalen gedeeld over afkomst. Voor sommigen is het werken aan het kleed zelfs helend, omdat ze bijvoorbeeld voorouders hebben die slaaf waren. Voor anderen is het ook gewoon gezellig meedoen en lekker bezig-zijn met textiel. Het werk in Gelderland gaat pas in april echt van start. Tot die tijd is Baukje vooral bezig met het zoeken naar de juiste materialen waarbij ze graag gebruik wil maken van moderne technieken zoals laseren, waardoor kleurverschillen ontstaan in de stoffen.